Astrea / News / De Eurovignetrichtlijn: hoe de transportsector ...

16-10-2024

De Eurovignetrichtlijn: hoe de transportsector zal moeten vergroenen

Publications | Ruud De Houwer, Gorik Orbie

Lorem ipsum dolor sit amet,
consetetur sadipscing elitr,
sed diam nonumy eirmod
tempor invidunt ut labore et
dolore

In het Vlaams regeerakkoord is er sprake van een verhoging van de kilometerheffing voor vervuilende vrachtwagens als onderdeel van de inspanningen om het vrachtverkeer duurzamer te maken en de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Deze verhoging van de kilometerheffing past binnen het bredere kader van het "de vervuiler betaalt"-principe, zoals voorgeschreven door de “Eurovignetrichtlijn”*.

Deze heeft als doel om bedrijven aan te moedigen te investeren in milieuvriendelijkere voertuigen.

De Eurovignetrichtlijn werd op 24 maart 2022 verstrengd door Richtlijn 2022/362. Lidstaten krijgen tot 25 maart 2024 om deze strengere Richtlijn te implementeren.

Context en beleidsdoelen van de (verstrengde) Eurovignetrichtlijn:



1. Toepassingsgebied: de Richtlijn richt zich op zware vrachtwagens die gebruikmaken van het trans-Europese wegennetwerk. De Richtlijn heeft als doel om een gelijke behandeling van vervoersbedrijven te garanderen, ongeacht hun land van herkomst. Sinds de verstrenging is de Richtlijn ook van toepassing op alle tolstelsels voor voertuigen, ongeacht of deze gelden voor lichte voertuigen, zware voertuigen of beide. Er blijft echter een onderscheid tussen lichte en zware voertuigen.

2. Hogere tarieven voor vervuilende vrachtwagens, onderscheid op basis van emissienormen: De kilometerheffingen voor vrachtwagens worden aangepast op basis van hun emissieklasse, waarbij vervuilendere voertuigen hogere tarieven betalen. Dit geldt zowel op autosnelwegen als op een aantal belangrijke secundaire wegen. Vrachtwagens die onder een lagere en dus vervuilendere emissieklasse vallen, zoals Euro V of lager, worden geconfronteerd met een aanzienlijke tariefverhoging, terwijl vrachtwagens die voldoen aan de strengere Euro VI-normen of schoner zijn, profiteren van lagere tarieven en zelfs in bepaalde gevallen vrijgesteld worden van een heffing. Dit systeem van gedifferentieerde kilometerheffing maakt investeringen in nieuwe technologieën aantrekkelijker voor transportbedrijven, maar zet hen anderzijds onder economische druk om hun wagenpark te verduurzamen.

3. Invoer van een nieuw type heffing, de congestieheffing: Daarnaast kunnen lidstaten de congestieheffing invoeren om verkeersopstoppingen te verminderen. Voorheen bood de Eurovignetrichtlijn lidstaten alleen de mogelijkheid om, onder bepaalde voorwaarden, tijdens de piekuren een variabele (lees hogere) infrastructuurheffing te vorderen om zo congestie te voorkomen. Congestieheffingen, die indien ze worden ingevoerd, komen bovenop deze infrastructuurheffing onafhankelijk van enige voorwaarden en kunnen van toepassing zijn zowel op zware als op lichte voertuigen. Lidstaten kunnen deze nieuwe heffing invoeren op elk deel van hun wegennet waar regelmatig verkeersopstoppingen optreden, maar uitsluitend tijdens periodes waarin dit gebruikelijk is.

4. De verhoging van de kilometerheffing heeft verschillende doelen:

  • Verminderen van de uitstoot van schadelijke stoffen zoals CO₂, stikstofoxiden en fijnstof.
  • Stimuleren van investeringen in schonere technologieën, zoals elektrische vrachtwagens of vrachtwagens die voldoen aan de nieuwste emissienormen.
  • Duurzame mobiliteit bevorderen: Europa wil op deze manier de transportsector duurzamer maken, door zowel bedrijven te prikkelen als de kosten van luchtvervuiling en infrastructuurschade door te rekenen aan de grootste vervuilers.


5. Impact op de sector: Deze maatregelen duwen de transportsector in de kosten, vooral bedrijven die nog hoofdzakelijk van oudere vrachtwagens gebruik maken. Transportbedrijven zouden hierdoor gestimuleerd moeten worden om hun wagenpark sneller te vernieuwen en over te stappen op schonere voertuigen.

Wat met Vlaanderen?



Vlaanderen past de Eurovignetrichtlijn specifiek toe via het Viapass-systeem, dat sinds 1 april 2016 een kilometerheffing oplegt aan vrachtwagens van meer dan 3,5 ton. Dit systeem vervangt het traditionele Eurovignet en laat vrachtwagens betalen per kilometer voor het gebruik van Belgische wegen, inclusief die in Vlaanderen. De hoogte van de heffing hangt af van het gewicht van het voertuig, de emissieklasse en het type weg (met hogere tarieven op autosnelwegen en bepaalde regionale wegen).

De kilometerheffing geldt voor bijna alle Vlaamse snelwegen en enkele belangrijke secundaire wegen. Zware vrachtwagens moeten hun kilometers registreren via een verplichte On Board Unit (OBU), waarna de heffing automatisch wordt berekend. De inkomsten uit de kilometerheffing worden geïnvesteerd in infrastructuur, zoals wegenonderhoud en mobiliteitsprojecten. Het systeem is afgestemd op vergelijkbare heffingssystemen in Wallonië en Brussel en op internationale afspraken met buurlanden zoals Nederland.

Rol van Viapass en Satellic:



Viapass houdt toezicht op het kilometerheffingssysteem en coördineert de implementatie en naleving in Vlaanderen, Wallonië en Brussel. Het bepaalt de tarieven in overleg met de regionale overheden en ziet toe op het gebruik van de inkomsten voor infrastructuur. Satellic voert de technische kant van het Viapass-systeem uit, levert de OBU's, verzorgt de kilometerheffing en biedt ondersteuning aan transporteurs.

Toekomst en ontwikkelingen:



Op dit ogenblik is de omzetting van Richtlijn 2022/362 nog niet gebeurd en zijn de verstrengde regels nog niet van toepassing. Dit is echter een kwestie van tijd, zeker gelet op het Vlaams regeerakkoord.

Indien u en uw onderneming klaar willen zijn voor deze transitie, of u nog andere aan transportrecht gerelateerde vragen heeft, aarzel dan niet om onze specialisten transportrecht te contacteren.

* Richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van wegeninfrastructuur aan voertuigen