Vanaf 1 april 2018 zal de OVAM niet meer standaard alle bodemonderzoeken op conformiteit beoordelen, doch behoudt zij nog wel de mogelijkheid ertoe. De aard en de ernst van de bodemverontreiniging worden nog wel beoordeeld door de OVAM. Om de rechtsonderhorige rechtszekerheid te geven over de kwaliteit van de bodemonderzoeken, wordt er een kwaliteitsaudit voorzien van erkende bodemsaneringsdeskundigen.
Een tweede belangrijke wijziging is een verplicht bodemonderzoek voor risicogronden. De OVAM zal hiervoor eigenaars dan wel exploitanten aanmanen. Zij hebben de mogelijkheid om een vrijstelling van deze onderzoeksplicht aan te vragen.
De nieuwe regeling gaat ook over de optimalisering van de sectorfondsenregeling met belangrijke vereenvoudigingen om er zich op te beroepen.
Tot slot worden bagger- en ruimingsspecie, grondbrij en betonietslib aanzien als bodemmaterialen, waardoor zij niet meer als afvalstof worden beschouwd onder het Materialendecreet. De grondverzetsregeling wordt van toepassing op het gebruik van bagger- en ruimingsspecie, grondbrij en betonietslib - weliswaar onder een aantal voorwaarden.